Hieronder vind je de meest gestelde vragen en antwoorden over de Regeling open leermateriaal.
Als het gaat om onderwijs gaat het om de besturen van onderwijsinstellingen.
Ja, dat kan. Dan treedt een van deze partijen op als penvoerder. De penvoerder doet de aanvraag namens de verschillende samenwerkingspartijen en speelt een cruciale rol in het beheer en de verantwoording van subsidieprojecten. De aanvraag moet wel door alle deelnemende partijen getekend worden en er moet een samenwerkingsovereenkomst meegestuurd worden met de aanvraag.
Alleen partijen zoals hierboven genoemd kunnen een aanvraag indienen. Het is wel mogelijk om als stichting deel te nemen in een samenwerking met meerdere partijen, maar de penvoerder moet onder de criteria vallen van de regeling.
Ja dat kan, zolang de aanvragen maar verschillend zijn in doelstelling en daadwerkelijk andere activiteiten uitvoeren. In het aanvraagportaal moet een verklaring worden gegeven dat er geen sprake is van dubbelfinanciering.
Ja dat mag, maar alleen voor wezenlijk andere activiteiten dan waar eerder subsidie aan is toegekend. Daarnaast krijgen/organisaties die reeds middelen hebben ontvangen vanuit de Subsidieregeling Impuls open leermateriaal (2024-2027) of voor pilotprojecten gefinancierd door Kennisnet vanuit het Programmabureau Impuls open leermateriaal, een lagere score toegekend bij de beoordeling.
Jazeker, je mag opnieuw een aanvraag indienen.
De subsidie kan worden aangevraagd voor maximaal één van de volgende twee typen activiteiten:
OF:
Ja, je mag maximaal twee thema’s combineren in je aanvraag.
De drie onderdelen die bij activiteit B genoemd staan (visie & kiezen, arrangeren, bewerken & maken en doen & evalueren) vormen samen activiteit B. Het project moet dan ook over alle drie de onderdelen gaan.
Dat hangt af van de focus en accenten die je legt bij je project. Het verschil is vooral dat activiteit A meer gaat om innovatie en ontwikkeling. Activiteit B bouwt daarop voort en gaat eerder over implementatie en impact.
U kon subsidie aanvragen van 18 september tot en met 2 november 2024. De aanvraagperiode is inmiddels gesloten.
Bij uw aanvraag stuurt u de volgende documenten mee:
Het is belangrijk om deze standaard formats te gebruiken, omdat dit aansluit op het beoordelingskader en de beoordelingscommissie op deze manier de aanvragen scoort.
De looptijd van een project betreft drie schooljaren, 2025-2026, 2026-2027 en 2027-2028.
Er is in totaal €2.430.000 aan subsidie beschikbaar, die is verdeeld per activiteit. Wordt er meer subsidie aangevraagd dan er beschikbaar is? Dan wordt de subsidie verdeeld aan de hand van een ranking.
De hoogte van de subsidie is afhankelijk van de keuze voor een activiteit.
Daarnaast blijft de jaarlijkse bijdrage van € 5.000 voor activiteiten binnen het netwerk van het programma Impuls open leermateriaal gehandhaafd, met een maximum van € 15.000 over drie schooljaren. De invulling van deze activiteiten wordt na toekenning van de bijdrage met het programmabureau ingevuld. Het programmabureau bespreekt de invulling van de activiteiten, inclusief de verantwoording over deze activiteiten, met DUS-I.
De verdeling van de maximaal beschikbare middelen inclusief de aanvullende toekenning voor een bijdrage aan het programma Impuls open leermateriaal door het programma, is als volgt:
Activiteit |
Maximaal bedrag per aanvraag |
Maximaal bedrag per aanvraag incl. aanvullende toekenning |
Activiteit A |
€ 120.000,- |
€ 135.000,- |
Activiteit B |
€ 120.000,- |
€ 135.000,- |
Ja, elke aanvrager is verplicht ook een bijdrage te leveren aan activiteiten binnen het netwerk van Impuls open leermateriaal. De activiteiten zijn gericht op kennisdeling en professionalisering tussen alle deelnemende scholen en andere organisaties van het programma Impuls Open Leermateriaal. U ontvangt hiervoor jaarlijks €5.000 aanvullende subsidie.
Vijf criteria waar we op letten bij de selectie van aanvragen:
Per type activiteit kun je in de regeling het uitgebreide beoordelingskader vinden. Hierin vindt je een uitwerking van deze criteria en waar de beoordelingscommissie dus op zal beoordelen. Daarnaast is het belangrijk dat alle onderdelen in het activiteitenplan volledig en duidelijk worden ingevuld, zodat de beoordelingscommissie de aanvraag goed kan beoordelen.
De subsidieregeling Impuls open leermateriaal is alleen mogelijk voor aanvragers uit Nederland en de BES-eilanden (Bonaire, Sint-Eustasius en Saba). De BES-eilanden zijn bijzondere gemeenten van Nederland en vallen onder de Nederlandse wet- en regelgeving, waar Aruba, Curaçao en Sint Maarten zelfstandige landen zijn.
Ja dat kan. Zorg er wel voor dat in de aanvraag duidelijk is dat het om een andere school/andere scholen gaat en er dus geen sprake is van dubbelfinanciering).
Ja dat kan, zolang de aanvragen maar verschillend zijn in doelstelling en daadwerkelijk andere activiteiten uitvoeren. In het aanvraagportaal moet een verklaring worden gegeven dat er geen sprake is van dubbelfinanciering. Wel is het zo dat alleen het bevoegd gezag (het schoolbestuur) een aanvraag kan doen.
Het schoolbestuur (vaak is dat een stichting) met een bevoegd gezagnummer vraagt de subsidie aan en is daarmee penvoerder. De uitvoering van de activiteiten kunnen wel plaatsvinden in een samenwerking met meerdere partijen.
Als de activiteiten van de scholen verschillen dan kunnen de scholen een eigen aanvraag doen. Wel adviseren we om de aanvragen, voor zover dat mogelijk is, te combineren.
Een niet-bekostigde instelling kan alleen een aanvraag indienen wanneer het een vakvereniging (aangesloten bij VVVO of FvOv) of een profielonderwijsorganisatie (aangesloten bij het Platform Profielonderwijs) is. Is dit niet het geval, dan treedt een van deze partijen op als penvoerder en doet deze de aanvraag.
Het bevoegd gezag is de penvoerder van het project, dit is het schoolbestuur.
Iemand van de aanvragende organisatie moet aanwezig zijn geweest bij een van de informatiebijeenkomsten.
Nee, je mag zelf bepalen hoe je open leermateriaal ontwikkelt, mits het voldoet aan alle criteria voor open leermateriaal (zie het antwoord op de vraag over subsidieverplichtingen). Vanuit het programma begeleiden we de pilots hierin en laten we zien hoe je Wikiwijs Maken kunt gebruiken voor het maken van open leermateriaal. Dit is geen verplichting.
Nee, het moment van aanmelden is niet van belang. Het gaat er alleen om dat de aanvraag uiterlijk 2 november 2024 binnen is. De aanvragen worden beoordeeld door de beoordelingscommissie op een aantal criteria (zie FAQ hierboven en de website van DUS-I).
Nee, dat kan pas na toekenning van de subsidie. In het programma faciliteren we onderlinge uitwisseling en samenwerking tussen de deelnemers van de pilots zodat ze van elkaar leren, zo delen we bijvoorbeeld praktijkverhalen van andere pilots op hetzelfde thema.
Nee, dit is geen voorwaarde. Wel kijken we naar de samenwerking en impact die je beoogt met je pilot.
Jazeker! We werken samen met pilots om (tussen)opbrengsten op verschillende manieren te delen en onder de aandacht te brengen. Zo hebben we bijvoorbeeld samen met EVOT deze infographic ontwikkeld.
Ja, dat kan.
Nee, het open leermateriaal zelf moet juist gericht zijn op leerlingen (wat leraren inzetten in de klas). Of wat leerlingen zelfstandig kunnen doorlopen.
In het geval van activiteit A staat in de regeling dat bij aanvragen van gelijke kwaliteit wordt gestreefd naar een evenwichtige verdeling tussen de specifieke thema’s. Hierdoor is er een betere spreiding over de verschillende thema’s.